Bridgeclub Contract
Statuten Artikel 1: Naam en zetel 1. De vereniging draagt de naam “BRIDGECLUB CONTRACT”. 2. Zij wordt in de statuten verder aangeduid als ‘de vereniging’. 3. Zij heeft haar zetel in Breda. Artikel 2: Oprichtingsdatum, duur, verenigingsjaar 1. De vereniging is opgericht 4 november 1984. 2. Zij is opgericht voor onbepaalde tijd. 3. Het verenigingsjaar loop van 1 augustus tot en met 31 juli. Artikel 3: Doel De vereniging stelt zich ten doel het bridgespel in de meest uitgebreide zin van het woord te bevorderen, alles in overeenstemming met de regels welke de Nederlandse Bridge Bond en het district waartoe de vereniging behoort, daarvoor instellen. Zij tracht dit doel te bereiken door: a. lid te zijn van de Nederlandse Bridge Bond; b. lid te zijn van het district waartoe de vereniging krachtens de indeling van de Nederlandse Bridge Bond behoort; c. het organiseren van wedstrijden; d. het bevorderen van een sportieve instelling ten aanzien van het spel en medespelers. Artikel 4: Leden De vereniging kent: a. leden b. ereleden Artikel 5: Toelating 1. Het bestuur beslist over de toelating van leden 2. Bij niet toelating tot lid kan de algemene vergadering alsnog tot toelating besluiten. Artikel 6: Register Het bestuur houdt een register, waarin de namen en de adressen van de leden en ereleden zijn opgenomen. Artikel 7: Einde van het lidmaatschap 1. Het lidmaatschap eindigt: a. door opzegging van het lid b. door opzegging van de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een lid zijn verwachtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren; c. door ontzetting. Deze kan alleen worden uitgesproken wanneer een lid in strijd met de statuten, reglementen of besluiten van de vereniging handelt, of de vereniging op onredelijke wijze benadeelt; d. door overlijden van het lid; e. door royement door de Nederlandse Bridge Bond. 2. Opzegging door de vereniging en ontzetting uit het lidmaatschap geschiedt door het bestuur. 3. Opzegging van het lidmaatschap door het lid of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van een verenigingsjaar en met inachtneming van een opzegtermijn van vier weken. Het lidmaatschap kan echter onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van het lid redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren. 4. Een opzegging in strijd met het bepaalde in het vorige lid, doet het lidmaatschap eindigen op het vroegst toegelaten tijdstip volgende op de datum waartegen was opgezegd. 5. Een lid is niet bevoegd door opzegging van zijn lidmaatschap een besluit, waarbij de verplichtingen van de leden van geldelijke aard zijn verzwaard, te zijnen opzichte uit te sluiten. 6. Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond van het feit dat een lid zijn verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat de betrokkenen binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. Hij wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit, met opgaaf van redenen, in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is het lid geschorst, met dien verstande echter dat het geschorste lid het recht heeft zich in de algemene vergadering, waarin het in dit lid bedoelde beroep wordt behandeld, te verantwoorden. 7. Wanneer het lidmaatschap in de loop van een verenigingsjaar eindigt, blijft desniettemin de jaarlijkse bijdrage voor het gehele lopende jaar verschuldigd. Artikel 8: Geldmiddelen 1. De geldmiddelen van de vereniging bestaan uit de contributie van de leden, entreegelden en uit eventuele andere baten. 2. De leden zijn gehouden tot het betalen van de jaarlijkse contributie, waarvan de hoogte door de algemene ledenvergadering wordt vastgesteld. 3. Het bestuur is bevoegd in bijzondere gevallen gehele of gedeeltelijke ontheffing van de verplichting tot het betalen van de contributie te verlenen, Artikel 9: Bestuur 1. Het bestuur bestaat uit tenminste drie personen, die door de algemene vergadering worden benoemd. De benoeming geschiedt uit leden. 2. De benoeming van bestuursleden geschiedt op voorstel van het bestuur dan wel van tenminste vijf leden. 3. De voordracht van het bestuur wordt bij de oproeping voor de vergadering medegedeeld. Een voordracht van de leden moet minstens één week voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij het bestuur worden ingediend. Artikel 10: Bestuursfuncties en besluitvorming van het bestuur 1. Het bestuurslid, dat de functie van voorzitter bekleedt, wordt als zodanig benoemd. Het bestuur benoemt uit zijn midden een secretaris en een penningmeester. Een bestuurslid kan meer dan één functie bekleden. Het bestuur kan uit zijn midden voor ieder der in het eerste lid genoemde functionarissen een vervanger aanwijzen. 2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris notulen gemaakt, die door de voorzitter en de secretaris na vaststelling worden ondertekend. In overeenstemming met hetgeen de wet dienaangaande bepaald is, bij stakende stemmen, het oordeel van de voorzitter omtrent de totstandkoming en de inhoud van een besluit beslissend. 3. Bij Huishoudelijk Reglement kunnen nadere regelen aangaande de vergaderingen van en de besluitvorming door het bestuur worden gegeven. Artikel 11: Einde bestuurslidmaatschap, periodiek aftreden, schorsing 1. Elk bestuurslid, ook wanneer hij voor een bepaalde tijd is benoemd, kan ten alle tijden door de algemene vergadering worden ontslagen of geschorst. Een schorsing die niet binnen drie maanden gevolgd wordt door een besluit tot ontslag, eindigt door het verloop van die termijn. 2. Elk bestuurslid treedt uiterlijk drie jaar na zijn benoeming af, volgens een door het bestuur op te maken rooster van aftreding. De aftredende is herkiesbaar. Wie in een tussentijdse vacature wordt benoemd, neemt op het rooster de plaats van zijn voorganger in. 3. Het bestuurslidmaatschap eindigt voorts door overlijden van en bedanken door het bestuurslid of het eindigen van zijn lidmaatschap van de vereniging. Artikel 12: Bestuurstaak en vertegenwoordiging 1. Behoudens de beperkingen volgens de statuten is het bestuur belast met het besturen van de vereniging.Indien het aantal bestuursleden minder dan drie bedraagt, blijft het bestuur bevoegd. Het is echter verplicht zo spoedig mogelijk een algemene vergadering te beleggen waarin de voorziening in de open plaats of de open plaatsen aan de orde komt. 2. Het bestuur is bevoegd onder zijn verantwoordelijkheid bepaalde onderdelen van zijn taak te doen uitvoeren door commissies of door één of meer personen die door het bestuur worden benoemd. 3. Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd tot het sluiten van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen. Op het ontbreken van deze goedkeuring kan door en tegen derden beroep worden gedaan. 4. Onverminderd het in de laatste volzin van lid 4 bepaalde wordt de vereniging in buiten rechte vertegenwoordigd: a. hetzij door het voltallige bestuur; b. hetzij door de voorzitter; c. hetzij door twee gezamenlijke handelende bestuursleden. Artikel 13: Jaarverslag, rekening en verantwoording, begroting 1. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging zodanige aantekeningen te houden dat daaruit te allen tijde haar rechten en verplichtingen kunnen worden gekend. 2. Het bestuur brengt op een algemene ledenvergadering zijn jaarverslag uit en doet, onder overlegging van een balans en een staat van baten en lasten, rekening en verantwoording over zijn in het afgelopen verenigingsjaar gevoerd beleid; tevens legt het bestuur in deze algemene vergadering de begroting voor het nieuwe verenigingsjaar ter goedkeuring over. Na verloop van de termijn kan ieder de rekening en verantwoording in rechte van het bestuur vorderen. 3. De algemene vergadering benoemt jaarlijks uit de leden een kascommissie van tenminste twee personen, die geen deel uit mogen maken van het bestuur. De commissie onderzoekt de rekening en verantwoording van het bestuur en brengt aan de algemene vergadering verslag van haar bevindingen uit. 4. Vereist het onderzoek van de rekening en verantwoording bijzondere boekhoudkundige kennis, dan kan de kascommissie zich door een deskundige laten bijstaan. Het bestuur is verplicht aan de kascommissie alle door haar gewenste inlichtingen te verschaffen, haar desgewenst de kas en de waarden te tonen en inzage van de boeken en bescheiden der vereniging te geven. 5. De last van de kascommissie kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen, doch slechts door de benoeming van een andere kascommissie. 6. De rekening en verantwoording wordt door de algemene vergadering vastgesteld. 7. Nadat het voorstel tot vaststelling van de jaarverslag aan de orde is geweest zal aan de algemene vergadering het voorstel worden gedaan om decharge te verlenen aan het bestuur tot decharge voor die handelingen, die uit de jaarrekening blijken. 8. Het bestuur is verplicht de bescheiden bedoeld in de leden 1 en 2, tien jaar te bewaren. Artikel 14: Algemene vergadering 1. Aan de algemene vergadering komen in de vereniging alle bevoegdheden toe, die niet door de wet of de statuten aan het bestuur zijn opgedragen. Jaarlijks, uiterlijk zes maanden na afloop van het verenigingsjaar, wordt een algemene vergadering -de jaarvergadering- gehouden. In de jaarvergadering komen onder meer aan de orde: a. het jaarverslag en de rekening en verantwoording bedoeld in artikel 13, met het verslag van de aldaar bedoelde commissie, alsmede de begroting; b. de benoeming van de in artikel 13 genoemde commissie voor het volgende verenigingsjaar; c. voorziening in de eventuele vacatures; d. voorstellen van het bestuur en de leden, aangekondigd bij de oproeping voor de vergadering. 2. Andere algemene vergaderingen worden gehouden zo dikwijls het bestuur dit wenselijk oordeelt. 3. Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek, met opgave van de te behandelen onderwerpen, van tenminste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van een/tiende gedeelte der stemmen, verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen, geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 18 of bij advertentie in tenminste een -ter plaatse waar de vereniging gevestigd is- veel gelezen dagblad, met inachtneming van de in artikel 18 vermelde oproepingstermijn. Artikel 15: Toegang en stemrecht 1. Toegang tot de algemene vergadering hebben de leden en ereleden van de vereniging. Geen toegang hebben geschorste leden, behoudens het bepaalde in artikel 7 lid 6 en geschorste bestuursleden. 2. Over toelating van andere dan de in lid 1 bedoelde personen beslist het bestuur. 3. Ieder lid van de vereniging, dat niet geschorst is, heeft één stem. De bestuursleden zijn eveneens elk gerechtigd tot het uitbrengen van één stem. 4. Ieder lid kan slechts één ander lid schriftelijk machtigen namens hem zijn stem uit te brengen in de vergaderingen. Van deze machtiging dient op een zodanige wijze te blijken, dat het bestuur deze voldoende acht. Ieder lid kan slechts één lid ter vergadering vertegenwoordigen. Artikel 16: Voorzitterschap en notulen 1. De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of bij diens afwezigheid door een ander bestuurslid. 2. Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een ander door de voorzitter aan re wijzen persoon, notulen gemaakt, die door de voorzitter en de notulist worden vastgesteld en ondertekend. Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de leden gebracht. Artikel 17: Besluitvorming van de algemene vergadering 1. Voor zover de statuten of de wet niet anders bepalen, worden alle besluiten van de algemene vergadering genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen. 2. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht. 3. Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming tussen voorgedragen kandidaten plaats. Heeft alsdan weder niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft gekregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemming (waaronder niet is inbegrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen, op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon, op wie bij de voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen. 4. Indien de stemmen staken over een voorstel niet rakende verkiezing van persoenen, dan is het verworpen. 5. stemgerechtigden zulks voor de stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschied bij ongetekende, gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijk stemming verlangt. 6. Een éénstemmig besluit van alle leden, ook al zijn deze niet in een vergadering bijeen, heeft, mits met voorkennis van het bestuur genomen, dezelfde kracht als aan besluit van de algemene vergadering. 7. Zolang in een algemene vergadering alle leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen –dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding- ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen. Artikel 18: Bijeenroeping algemene vergadering 1. Algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschied schriftelijk aan de leden en ereleden volgens het register bedoeld in artikel 6. De termijn voor oproeping bedraagt tenminste veertien dagen. 2. Bij de oproeping worden de te behandelen onderwerpen vermeld, onverminderd het bepaalde in de artikelen 19 en 20. Artikel 19: Statutenwijziging 1. In de statuten van de vereniging kan geen verandering worden gebracht dan door een besluit van de algemene vergadering, waartoe is opgeroepen met de mededeling dat aldaar wijziging van de statuten zal worden voorgesteld. De statuten zullen geen bepalingen mogen bevatten die onverenigbaar zijn met de statuten en reglementen van de Nederlandse Bridge Bond., gevestigd in Utrecht en van het district waartoe de vereniging behoort. Dit lid mag nimmer gewijzigd worden zonder verkregen schriftelijke toestemming van de Nederlandse Bridge Bond. 2. Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voordstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de leden ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld aan alle leden toegezonden. 3. Een besluit tot statutenwijziging behoeft tenminste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin tenminste twee/derde van leden tegenwoordig of vertegenwoordigd is. Is niet twee/derde van de leden tegenwoordig of vertegenwoordigd, dan wordt na die vergadering een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden binnen vier weken na de eerste vergadering, waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal tegenwoordige of vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee/derde van de geldig uitgebrachte stemmen. Artikel 20: Ontbinding 1. De vereniging kan worden ontbonden door een besluit van de algemene vergadering. Het bepaalde in de leden 1, 2 en 3 van het voorgaande artikel is van overeenkomstige toepassing. 2. De vereffening van het vermogen van de ontbonden vereniging geschied door het bestuur, tenzij bij het besluit tot ontbinding door de algemene vergadering tenminste twee anderen tot vereffenaars zijn aangewezen. 3. Een eventueel batig saldo zal worden aangewend voor door de algemene vergadering te bepalen zodanige doeleinden als het meest met het doel van de vereniging overeenstemmen. Artikel 21: Huishoudelijk Reglement 1. De algemene vergadering kan bij Huishoudelijk Reglement nadere regels geven betreffende het lidmaatschap, de werkzaamheden van het bestuur, de vergadering, de wijze van uitoefenen van het stemrecht en alle verdere onderwerpen waarvan de regeling haar gewenst voorkomt. 2. Wijziging van Het Huishoudelijk Reglement kan geschieden bij besluit van de algemenen vergadering.3. Het Huishoudelijk Reglement mag niet in strijd zijn met de wet, ook waar die geen dwingend recht bevat, noch met de statuten